Erik Volkers hield gisteren zijn maidenspeech. Bekijk hem hieronder:
Dank u wel Voorzitter.
Beste en zeer gewaardeerde mede-raadsleden, geacht college, mede-inwoners zowel hier in de zaal alsook online verbonden thuis.
Spreken in het openbaar is niet mijn sterkste punt en ik heb zeker ook een hoge mate van podiumvrees. Dan is de gemeenteraad helemaal iets voor jou…..aldus Piet-Cees van der Wel.
Na enige afweging en overdenking besloot ik de sprong in het politieke diepe maar te wagen. Maar eens een danser, altijd een danser. Ik begon mijn prille carrière in de raadzaal gelijk al met een niet voorziene stoelendans. Eea resulteerde in een nieuwe positie tussen een domineeszoon en prins carnaval. Volgens mij ben ik van dit drietal de enige welke op dit moment daadwerkelijk nog invulling geeft aan een celibatair bestaan. Maar goed, dit even geheel ter zijde….
Mijn naam is dus Erik Volkers, 52 jaar, alleenstaand en wonend in de mooie groene Hardenbergse woonwijk Baalder, geboren en getogen Hardenberger en bovenal vader van 3 prachtkinderen: Mart, 23 jaar oud, wonend en werkend als dansentertainer op het Canarische Eiland Fuerteventura, Deni, 20 jaar oud (bijna 21), thuiswonend en studerend als fotografe aan het Deltion College met als specialiteit de autosport-wereld. En Sem, 16 jaar oud (bijna 17), eveneens thuiswonend en ook studerend aan het Deltion College, maar dan als technisch vakspecialist autotechniek.
Als 19 jarige ben ik begonnen als zelfstandig dansleraar na 2 roerige jaren bij mijn vader in zijn dansschool te hebben gewerkt. Je kan zeggen dat het vak me met de paplepel is ingegoten, hoe anders kom je ook tot wellicht zo een bijzondere keuze. Maar ondanks het feit dat door de enorm afnemende belangstelling van het stijldansen ik de dansschool in 2017 noodgedwongen moest loslaten blijf ik zeggen dat dit het mooiste vak ter wereld is. Dag in dag uit uitvoering kunnen geven aan je hobby en mensen, welke grotendeels uit vrije wil kwamen, enthousiasmeren voor dé dans is een waar feest. Maar wat me bovenal plezierde en voldoening schonk was de omgang met de enorme verscheidenheid aan mensen. Van 4 tot 84 jarigen. Van de spreekwoordelijke putjesschepper tot aan de hooggeplaatste notabelen (alhoewel 1 specifiek en hier niet nader te benoemen voormalig notaris me altijd nog tussen de vingers is door geglipt en daarmee de dans vakkundig is ontsprongen). Van mensen met een beperking tot de meest hoogbegaafde bollebozen. In de dansschool was iedereen gelijk en kwam een ieder met een gelijk doel. Leren dansen en vooral plezier beleven. Het heeft me enorm veel mensenkennis opgeleverd, iets waar ik tot op de dag van vandaag profijt van heb. Ik neem deze waardevolle vaardigheid dan ook maar wat graag mee in mijn raadswerk.
Was het dan enkel en alleen maar feest? Zeker niet! In mijn bijna 30-jarig ondernemers bestaan waren de pieken hoog, maar de dalen zeker ook erg diep. Het moment dat de bank in 2013 zonder enige aankondiging besloot de geldkraan dicht te draaien staat me nog glashelder voor de geest. Bijna 2 seizoenen lang was het letterlijk overleven en een bedrijf runnen met een lege portemonnee. Heeft iemand het gemerkt? Mocht iemand het merken? Nee, natuurlijk niet. De etalage moest en zou op orde blijven. Niemand wil bij een verliezend team horen toch? Het heeft bakken met energie gekost, de welbekende bloed, zweet en tranen, maar door vol te houden en de problematiek met open en vooral eerlijk vizier te bevechten kwamen we er doorheen. Het geeft hoe dan ook maar weer eens aan dat we te vaak uitgaan van het (meestal te mooie) plaatje. De vraag ‘hoe gaat het?’ wordt eigenlijk altijd en standaard beantwoord met ‘goed!’. Maar als we even iets meer tijd nemen voor elkaar en inzoomen op een ieders situatie blijkt de waarheid vaak op iets anders uit te draaien. Juist door zelf even aan die donkere kant van de medaille te hebben gezeten ben ik extra alert op signalen. Vaak zijn deze non-verbaal. En daar ligt voor mij ook een wezenlijke brug met het raadswerk. Signaleren van onmacht, stil verdriet, frustratie, onvrede. Want naar mijn idee gaan we als mensen met elkaar, maar zeker ook als gemeente, te vaak uit van het ogenschijnlijk kloppend ‘plaatje’.
Zo zijn er vele inwoners van onze gemeente die zich absoluut niet veilig voelen, zijn er vele ondernemers én bewoners die vinden dat ‘hun’ centrum en leefomgeving niet fraai, schoon en veilig is. Hebben ze gelijk? Ik weet het niet. Maar wat ik wel weet is dat ze het zo voelen en dat we daar iets mee moeten. Voor DOEN’22 zijn het hoe dan ook belangrijke speerpunten. We zullen ons hiertoe dan ook zeker inzetten en daar waar nodig laten horen.
Laten we de signalen welke we opvangen uit de samenleving sowieso serieus nemen. En niet afdoen met een sociaal wenselijk antwoord. Te vaak worden er, met name in de landelijke politiek, beloftes gedaan waarvan we op voorhand weten dat ze geen stand zullen houden. Durf eerlijk en helder te zijn. Benader de problematiek en de daarbij betrokken personen met open en eerlijk vizier, zoals ikzelf in mijn meest lastige ondernemersjaren heb gedaan. Leuk? Nee, verre van zelfs. Maar wel de enige juiste weg naar een oplossing en vooral…..vertrouwen. En dat vertrouwen betaalde zich in mijn situatie dubbel en dwars terug. Laten we als politiek dit motto ook hanteren. Want terugwinnen van vertrouwen is in mijn optiek voor nu het grootste goed en tegelijkertijd dé sleutel naar oplossingen voor alle grote en uitdagende vraagstukken die voor ons liggen. Niet de overheid tegen de burger. Niet de alsmaar vanuit geldingsdrang elkaar overschreeuwende partijen welke daarmee hun oorspronkelijk doel om deze maatschappij te verbeteren uit het oog verliezen. Maar sámen met elkaar. Overheid en inwoners hand in hand naar een wereld die wij ons wensen. Politiek en burgers, samen naar een….. samenleving. Een naar mijn idee allesomvattend woord welke geheel de lading dekt voor een prettig bestaan op deze aarde. Samen-leving. Samen-leven.
Het is mede vanuit deze gedachte dat wij als DOEN’22 het belang van het voorliggende Programma Klimaat, Water en Biodiversiteit 2023-2027 volledig inzien en steunen. We moeten zuinig zijn op onze mooie leefomgeving en tegelijk de in een steeds hoger tempo veranderende klimatologische omstandigheden met alle daarbij behorende problematiek het hoofd bieden. De klok tikt in een razend tempo. Mede daarom zullen wij het amendement van GroenLinks dan ook van harte ondersteunen. En ja, ook hier zullen we als overheid hand in hand samen moeten optrekken met de inwoners van onze landschappelijk zeer fraaie gemeente. Derhalve dan ook onze steun aan de motie van de ChristenUnie. Maar tegelijkertijd voorzitter, vinden wij de doelstellingen in het voornoemd programma nog te vaag en te ruim bemeten. Wij zouden als fractie van DOEN’22 liever concretere en daarmee beter meetbare en controleerbare voorstellen hebben gezien. Ook de presentatie van het geheel in een zeer gelikt uitziende en via het internet reeds gepresenteerde infographic vinden wij misleidend. Het wekt bij de geïnteresseerde inwoner het idee dat hier een definitief plan ligt welke feitelijk nog ter goedkeuring voorgelegd moet worden aan de raad en daarmee dus nog de nodige wijzigingen zou kunnen ondergaan. En dat terwijl we juist zo hameren op het terugwinnen van het vertrouwen in de politiek. Laten we hier in het vervolg bedachtzamer mee omgaan. Tot slot vinden wij als fractie van DOEN’22 de jaarlijks terugkerende 9 ton aan overheadkosten buiten proportioneel. Wij denken dat door het efficiënter inzetten van het ambtelijk apparaat er nog wel het nodige voordeel valt te behalen. Al deze genoemde punten zullen wij ter afweging meenemen in de uiteindelijke stemming voor het betreffende programma.
Zo dan, hiermee is de spreekwoordelijke kop eraf. Mijn maidenspeech zit erop. Gevoelsmatig weer een stap gezet in mijn ontwikkeling tot raadslid. Want eerlijk is eerlijk, ik vind het allemaal mateloos interessant, leerzaam en van zeer groot belang. Maar tegelijkertijd en bij vlagen ook nog onvoorstelbaar ingewikkeld en spannend. Ja, er is nog een hoop te leren. Maar met deze fijne collega raadsleden en mijn mentor Piet-Cees van der Wel moet ik een heel eind kunnen komen.
Ik merk dat mijn angst voor spreken in het openbaar en mijn podiumvrees hiermee al wat zijn geslonken. Dat beschouw ik dan maar alvast als winst. Misschien ga ik er ooit in professionele zin eens iets mee doen….
Dank voorzitter voor dit moment en dank u allen voor uw aandacht.